De stem van omwonenden en toekomstige bewoners speelt een doorslaggevende rol bij ontwerp en realisatie van de woningen die Heijmans bouwt in de Amsterdamse Spaarndammerbuurt. Het laat zien hoe bewonersparticipatie de betrokkenheid en de cohesie in de buurt vergroot.
Toen de gemeente Amsterdam aankondigde middenin de Spaarndammerbuurt woningbouw te willen realiseren, zorgde dat voor veel commotie onder omwonenden. Om op die betrokkenheid in te spelen, beloofde de gemeente dat omwonenden mochten meedenken over het vervolg van het project via een uitgebreid participatietraject.
De stem van bewoners telde zelfs voor een derde mee bij de gunning van het project. Heijmans won de tender, mede dankzij de belangrijke rol die de inspraak van omwonenden en toekomstige bewoners in het plan kreeg.
Binnentuin
Co-creatie expert Caro Niestijl was betrokken bij het participatietraject van de gemeente en is vervolgens door Heijmans gevraagd om tijdens de uitvoering van het project verschillende werkgroepen te begeleiden.
“Er zijn allerlei sessies georganiseerd, onder andere voor inspraak in de kleur van de baksteen, de kunstwerken en de inrichting van de straat. Dat heb ik voornamelijk met omwonenden gedaan. Toen alle huizen waren verkocht, ben ik begonnen met een werkgroep voor de inrichting van de binnentuin”, vertelt ze.
Om het proces van het gezamenlijk inrichten van de binnentuin te stroomlijnen, organiseerde Niestijl drie bijeenkomsten. De eerste had als doel een kader mee te geven en een gezamenlijke visie te vormen. “Er waren eigenlijk maar twee belangrijke voorwaarden die het kader bepaalde: het moest een gemeenschappelijke tuin worden – die dus ook gezamenlijk wordt onderhouden – en de tuin moest biodivers worden.”
Niestijl koos er bewust voor om bewoners al vóór het eerste ontwerp te betrekken. “Als je bewoners zou laten kiezen uit een aantal ontwerpen, creëer je geen eigenaarschap. Je wilt ze op visieniveau meenemen, bedoeling is dat ontwerp echt van de bewoners is.”
Ideeën formuleren
Om dat te bereiken, kwamen de toekomstige bewoners bij elkaar in Museum Het Schip en gingen in groepjes aan de slag met hun visie. “Het grappige was dat je niet met je partner in een groepje mocht, dus moest je echt even voor jezelf formuleren wat je ideeën waren. Van tevoren dacht ik dat we enorme discussies zouden krijgen, maar dat bleek helemaal niet zo te zijn”, vertelt toekomstige bewoner Ingeborg over de tuinmeetings.
Haar partner Richard vult aan dat dat mede kwam door hoe het proces ingestoken was. “We zijn echt gevoed met ideeën, door middel van moodboards en afbeeldingen van mogelijke beplanting. De landschapsarchitect vertelde over het belang van natuurinclusief ontwerpen. Het grappige was dat onze wensen heel erg overeenkwamen met die van andere bewoners: vooral veel groen en natuurlijke elementen.
Alles vragen
Op basis van de wensen die naar voren kwamen tijdens de eerste bijeenkomst, maakte de landschapsarchitect een eerste ontwerp. “Tijdens de tweede bijeenkomst heb ik weer groepjes gemaakt en bewoners een mening laten vormen over de kansen en verbetermogelijkheden van het ontwerp. Over het algemeen waren bewoners het heel erg met elkaar eens, het verschil van inzicht zat ‘m vooral in details”, vertelt Caro.
Ingeborg en Richard beamen dat. “Wij wilden bijvoorbeeld vanuit onze keuken uitzicht hebben op de gezamenlijke tuin, terwijl de landschapsarchitect juist hogere beplanting voorzien had tussen ons terras en het gemeenschappelijke stuk. Toen we dat aangaven, is het ontwerp daarop aangepast.”
De toekomstige bewoners zijn erg tevreden over de inspraak en begeleiding die ze hebben gehad. “We konden alles vragen. Zo wilden wij weten of de fruitbomen veel onderhoud nodig zouden hebben. Dat bleek niet zo te zijn. Het hele proces was duidelijk en realistisch. Een van de buren wilde bijvoorbeeld graag dat de tuin met de oplevering van de woningen aangeplant was. Toen is duidelijk uitgelegd waarom dat – midden in de winter – onhaalbaar zou zijn.”
Buren kennen
Tijdens de bijeenkomsten ziet Caro dat bewoners – ook al hebben ze geen vakinhoudelijke achtergrond – heel goed in staat zijn een dergelijk ontwerpproces gezamenlijk aan te gaan en tot een succes te maken. “Bewoners weten precies wat ze willen. Het is aan ons om ze te inspireren en ze te helpen met de technische invulling. Een ontwerp kan bijvoorbeeld de gevolgen van bepaalde keuzes inzichtelijk maken, waarna je weer verder kunt praten.”
Een bijkomend voordeel van deze manier van bewonersparticipatie, is het onderlinge contact met toekomstige buren. “Je praat over de tuin, maar ondertussen vraag je ook wat voor werk iemand doet. Het is heel leuk om zo alvast je buren te leren kennen”, geeft Ingeborg als voorbeeld.
Het succes van bewonersparticipatie hangt niet alleen af van de bewoners, maar zeker ook van een goede organisatie. Die was volgens uitvoerder Ed van Hamersveld in dit project uitstekend. “Omdat ik er niets van heb gemerkt, hahaha. Voor ons is het van belang dat we de wensen van de kopers kennen als de bouw begint. Daarom moet een participatietraject tijdig zijn opgestart en goed gestroomlijnd zijn. Als dat zo is, is er veel mogelijk.”