Beheer en onderhoud
Honderden roltrappen, rolpaden, liften en hellingbanen vervoeren op Schiphol maandelijks miljoenen passagiers. In vertrekhallen 1 en 2 verzorgt Heijmans het onderhoud aan deze transportmiddelen. Technisch specialist Harold van der Schinkel en zijn collega’s staan dag en nacht paraat om storingen op te lossen. Samen met assetmanager Gerrie Kaspers leidt hij rond door de terminal.
Mind your step. Het zinnetje dat iedereen die ooit op Schiphol is geweest wel eens heeft gehoord, waarschuwt passagiers dat ze een bewegend rolpad verlaten. Even verderop staat een band stil. Aan de kant van de terminal staan drie hekjes. Daartussen zit servicemonteur Harold van der Schinkel. Hij tuurt zittend op zijn knieën naar het aandrijfmechanisme van het rolpad.
“Storingsmeldingen zijn er elke dag,” zegt Harold, terwijl hij een stuk gereedschap uit zijn koffer pakt. “De meeste lossen we direct op. Moet je materialen bestellen, dan schuiven we de reparatie door naar een andere dag. Dit melden we netjes aan de opdrachtgever, zodat zij precies weten wanneer een storing wordt opgelost.”
Verlengstuk
Reizigers lopen af en aan. Een enkeling werpt een blik op de mini-bouwplaats van Harold. Assetmanager Gerrie Kaspers wijst een jongen met kleurige rolkoffer de weg naar gate 6. Onze mensen zijn een verlengstuk van de Schiphol-organisatie: we staan reizigers altijd netjes te woord, lopen mensen niet in de weg en stellen daar waar mogelijk onze werkzaamheden uit, zodat passagiers geen hinder ondervinden. Als we ons verplaatsen in de Terminal, dragen we geen hesjes of een helm. Passagiers moeten niet denken dat ze in een gevaarlijke omgeving lopen. Als we werken aan een storing, zetten we de omgeving af met hekjes en gelden de normale veiligheidsregels van de bouw, zoals het dragen van persoonlijke beschermingsmiddelen: helm, hesje en veiligheidsschoenen.”
Altijd droog
“Zo, dit rolpad doet het weer,” zegt Harold trots terwijl hij de bouwhekjes inklapt en de gereedschapskoffer op zijn elektrische kar zet. “Het is fantastisch om op Schiphol te werken. De temperatuur is altijd aangenaam en het regent nooit.” Glimlachend vertelt hij: “Het werk is elke dag anders, de omgeving dynamisch en de passagiers zijn vrijwel altijd blij met wat je doet. Dat ze weleens meekijken met je werk is wennen, maar na al die jaren niet meer storend.”
“Ons serviceteam bestaat uit twintig monteurs die rouleren in vijf ploegendiensten”, zegt Gerrie. “Op elk moment van de dag staat er een team paraat, ook ’s nachts. Het totale Heijmans-team bestaat uit honderd collega’s. Naast de 24/7-ploegendienst zijn dat collega’s van de serviceafdeling, het preventieve onderhoud, losse projecten en drie technische specialisten zoals Harold.”
Tablets
Zowel medewerkers als passagiers kunnen een storing melden. “Overal hangen bordjes waarop het storingsnummer staat,” wijst Gerrie. “De afdeling bedrijfsvoering van Schiphol doet de eerste check. Vaak komt het voor dat een storing dubbel wordt gemeld en soms is het vals alarm. Als de melding klopt, zetten ze deze door naar de juiste perceelhouder. Hier is dat dus Heijmans. Vervolgens landt de melding bij onze eigen servicedesk. Zij verzamelen alle storingen, werken deze verder uit en sturen onze servicemonteurs van de ploegendienst aan. Als alle seinen op groen staan, krijgen onze monteurs een melding op hun tablet met een omschrijving van de storing inclusief locatie.”
Harold: “Onze tablets zijn gekoppeld aan het klimaat, licht, installatie- en verlichting-systeem (KLIVIA), het gebouwbeheersysteem van Schiphol voor de werktuigkundige-installaties. KLIVIA is weer verbonden met het ACSM-systeem van de luchthaven, waarmee we alle transport assets, zoals roltrappen en liften, kunnen uitlezen.”
Harold gebruikt zijn iPad ook om de actuele status van assets te bekijken. “Kijk, dat werkt zo: Hier zie je alle liften. Gekleurde bolletjes geven de actuele status aan. Rood betekent een storing. Je kan zien of de lift beweegt of wanneer de deuren opengaan.”
Zelf oplossen
De Heijmans-ploegendienst is de eerste aanvalslinie. “De monteurs bepalen of ze de melding zelf kunnen oplossen,” aldus Gerrie. “Soms moeten we een storing overdragen aan onderaannemers, omdat we niet over de juiste kennis, gereedschappen of materialen beschikken. Dit zijn specialisten van bijvoorbeeld lift- of roltrapfabrikanten. Als zij de storing ook niet kunnen verhelpen, wordt het A-team van Harold ingeschakeld.”
Harold rijdt dagelijks minimaal één hele ronde door de Terminal. Voor lopen zijn de terminals te groot. “Ik gebruik deze elektrische kar, waarop ik ook mijn materialen en gereedschappen vervoer. Alle servicemonteurs zijn geaccrediteerd om gereedschap achter de beveiliging te gebruiken. Elke ochtend moet we onze koffers laten checken bij de veiligheidscontrole. Dit zijn speciale doorlaatposten voor medewerkers van Schiphol en luchtvaartmaatschappijen.”
Midden in de nacht
Gerrie loop regelmatig mee met de servicemonteurs. “Sommige assets op Schiphol zijn gedateerd. Originele onderdelen zijn daarom lastig te krijgen. In zo’n geval ga ik het gesprek aan met Schiphol en geef advies over welk nieuw onderdeel geschikt is om een asset te repareren. Het duurzamer maken van systemen speelt een grote rol in mijn aanbevelingen. Als hier geen financiële middelen voor zijn, dan kies ik voor de best passende optie.”
“Geen dag is hetzelfde op de luchthaven,” vervolgt Gerrie. “Je moet tegen onregelmatigheden kunnen. De hectiek van een druk vliegveld houdt zich niet altijd aan vooraf samengestelde draaiboeken. Collega’s mogen mij ook altijd bellen, ook midden in de nacht. Je doet het samen. De operatie van Schiphol gaat altijd voor en mag nooit stilstaan.”