‘Duurzaam Asfalt’ van Rijkswaterstaat.
Hergebruik is niets nieuws in de asfaltwereld, maar Heijmans zet nu een belangrijke stap naar volledige circulariteit; met een wegdeklaag bestaande uit zestig procent oud asfalt. Innovatiemanager Gerbert van Bochove en projectleider Matching Materials Bas van de Pol: “Het frezen van oud asfalt verandert in het winnen van grondstof.”
Bij de uitbreiding van de A1 tussen Twello en Azelo waar Heijmans momenteel aan werkt, was oorspronkelijk het plan om ZOAB-deklagen met nul tot veertig procent hergebruikt ZOAB neer te leggen. Inmiddels is het eerste proefvak met zestig procent al gelegd. En dat terwijl het tot kort geleden nog verboden was om oud materiaal te gebruiken in ZOAB-deklagen.
Uitdaging
“Asfalt werd alleen hergebruikt in onderlagen. Maar steeds vaker bestaan projecten uit het vervangen van de deklaag. Dat betekent meer vraag naar nieuwe deklagen en aanbod van freesmateriaal uit oude deklagen. Dus gingen we als Heijmans de uitdaging aan om horizontaal te recyclen: oude deklagen in nieuwe”, vertelt Gerbert.
De innovatie die daaruit voortkomt, bestaat uit een inweekproces in de asfaltcentrale met een verjongingsmiddel, waarmee de oude en brosse bitumen weer tot leven komt. Zo kan het gefreesde ZOAB voor een groot deel worden hergebruikt, maar het probleem van vraag en aanbod is daarmee nog niet helemaal opgelost.
"Rijkswaterstaat laat vaak enkellaags ZOAB vervangen door tweelaags ZOAB, dat bestaat uit een onderlaag van grove stenen en een toplaag van fijne stenen. Wat betreft recycling ontstaat dan een mismatch. Dat lossen we nu op door de brokjes ZOAB, die vrijkomen bij het frezen, te bewerken. Zo ontstaan er grondstoffen die voor verschillende soorten ZOAB en ook voor andere asfaltmengsels prima bruikbaar zijn. Rondom deze grondstofstromen is een geheel nieuwe dynamiek ontstaan van inname, bewerking, opslag en levering."
En daarmee raken aan het werkterrein van Bas van de Pol, die de afgelopen jaren de afdeling Matching Materials opzette. Met een afdeling van vier personen en een app werkt hij aan een bedrijfsbreed overzicht van materiaaloverschotten en -tekorten. “In eerste instantie doen we dat intern, maar als vraag en aanbod niet matchen, kijken we verder en zoeken we in de markt naar geschikte partijen. Hierdoor zijn we een leverancier van grondstoffen geworden. Daar hoort een logistiek proces bij, ook dat kunnen wij leveren. We zijn constant aan het kijken: welke materialen hebben we waar nodig en wat komt er terug van projecten."
Op zoek
"Willen we dat echt efficiënt gaan doen, dan moet de hele organisatie mee. Want zonder input vanuit de projecten, hebben wij niet het volledige overzicht. Dat zie je nu bijvoorbeeld op de A1. Daar wordt zoveel mogelijk materiaal vanuit het werk zelf hergebruikt, maar dat is niet genoeg. Dus gaan wij op zoek naar andere projecten waar bouwstoffen van de juiste kwaliteit vrijkomen.”
Niet alleen de logistiek vergt aandacht, maar ook de omgang met de materialen. Binnen het asfaltbedrijf krijgt het frezen van asfalt bijvoorbeeld een andere betekenis: in plaats van het verwijderen van asfalt, is het nu grondstofwinning. “Dat moet je wel in de werkvoorbereiding meenemen, want gescheiden frezen kost meer tijd. Maar uiteindelijk scheelt het – door het hergebruik – ook enorm in de kosten”, legt Gerbert uit.
Als de nieuwe werkwijze doordringt in het hele bedrijf, denken de heren dat er nog veel meer mogelijk is. “We lopen op dit moment tegen de recyclebeperkingen van de asfaltcentrale aan en ook is er te weinig opslagruimte voor alle materialen. Maar als we daar de komende jaren goed mee aan de slag gaan, ligt de weg naar honderd procent circulair open.”