Beter assetmanagement door realtime data
In 1997 voltooide Nederland de Deltawerken. De vijf stormvloedkeringen, twee sluizen en zes dammen zorgden voor opluchting. Maar in onze trots zouden we bijna vergeten dat tienduizenden bruggen en andere kunstwerken hun levenseinde naderen. Heijmans biedt hulp.
De wereld heeft vooral bruggen nodig, vindt de beroemde architect Santiago Calatrava: “Want een muur scheidt, maar een brug verbindt.” Niet alleen sociologen zullen zijn uitspraak onderschrijven. Ook infrabouwers. Zeker in Nederland, waar 85.000 bruggen en viaducten onze sterke reputatie in mobiliteit en distributiekracht onderstrepen. Maar oeververbindingen hebben niet het eeuwige leven.
Bart Smolders, directievoorzitter Heijmans: “De meeste bruggen dateren uit de jaren zestig en zeventig. Ze naderen het einde van hun levensduur. Veel civiele kunstwerken zijn ook niet berekend op het intensievere en zwaardere wegverkeer.” Tijd voor daadkracht, vindt de directievoorzitter: “Nederland wil graag hoog in internationale lijstjes blijven staan. Terecht. Maar dan kun je je geen onvoorziene uitval veroorloven. Doorstroming is cruciaal.”
300 miljard euro
In dat besef hebben Heijmans en vijfentwintig andere bouwbedrijven, overheden en kennisinstellingen recent het Manifest Infra gepubliceerd. Tot de ondertekenaars behoren de provincie Noord-Holland, gemeente Rotterdam, TNO en TU Delft. Hun oproep stelt dat renovatie en vervanging van civiele kunstwerken hand in hand moet gaan met innovatie en opschaling. “We staan aan de vooravond van de nieuwe Deltawerken”, concludeert Bart. Daar is geen woord visserslatijn bij: dit is een land van tienduizenden bruggen, tunnels, viaducten, sluizen, gemalen, duikers, kades en verwante objecten. Zij hebben een gezamenlijke assetwaarde van maar liefst 300 miljard euro.
Toch een kanttekening. “In de nasleep van de pandemie staat deze grote opgave niet in de top tien van de bestuursagenda”, ziet Bart. Wie wel urgentie voelen, zijn de asset-eigenaren en beheerders. Kristel van Haaren, verantwoordelijk voor Strategie & Business Development bij Heijmans: “Al ruim zes jaar zien we de problematiek. Niet alleen in Nederland, maar in heel Europa. Aanvankelijk zochten we het met Universiteit Twente en TU Delft vooral in bouwkundige oplossingen – smallere brugleggers enzo. Nu gaan we er een stap vóór zitten, met digitale kuntswerkmonitoring.”
Troeven
Assetlife heet deze datagedreven dienst, waarvoor Heijmans de algoritmes in eigen huis heeft ontwikkeld. Kristel: “Assetlife gaat uit van weten in plaats van vermoeden. Dat begint met het installeren van hightech sensoren in een brug, viaduct of andere civiel kunstwerk. Zij verzamelen dag en nacht informatie over gebruik, conditie en levensduur. Dat wordt online gerapporteerd. Indien gewenst kunnen we die data combineren met externe gegevens, zoals meteorologische info en verkeersinfo.”
De voordelen zijn legio. Digitale kunstwerkmonitoring openbaart zaken die het blote oog niet ziet. Nog voordat scheuren op aftakeling wijzen, kan Assetlife de verborgen achteruitgang visualiseren. Kristel somt enkele troeven op: “Data zijn objectief. Ze sluiten menselijke fouten uit en maken fysieke inspectie vrijwel overbodig. Dankzij de voorspellende kracht van Assetlife verklein je ook het risico dat je een kunstwerk tijdelijk buiten gebruik moet stellen of de beschikbaarheid moet beperken. Zo dringen we ook de kans op files en onnodige kosten terug.”
Goud
Een korte uitleg voor wie digitale monitoring nog als hocus-pocus in de oren klinkt: de verzamelde data (oftewel: de meetgegevens) zeggen op zich nog weinig. Om er zinvolle conclusies aan te verbinden, heb je algoritmes nodig. Dat zijn de ‘mijnwerkers’ die het ‘goud’ uit de beschikbare data weten te zeven. Kostbare info? Ja, zegt Kristel: “Als je de exacte staat van een kunstwerk kent, kun je ook voorspellende scenario’s gaan opstellen. Zo kan een beheerder gefundeerde besluiten nemen over levensduurverlenging of vervanging. Belangrijk, want een assetmanager wil geen verrassingen. Die wil risicobeheersing en voorspelbaarheid in zijn budgetten.”
‘Pas toe wat je predikt’, luidt een ijzersterk motto. Heijmans onderschrijft het. Het bedrijf is immers assetmanager van enkele tientallen wegtracés en civiele kunstwerken in Nederland. “We gebruiken Assetlife onder meer op de A12 en de A2”, vertelt Kristel. “Dat gaan we uitbreiden, zodat we zelf extra kennis en inzicht opdoen.”
Europese luchthavens
Ook Schiphol, waar Heijmans strategisch partner in meerjarig onderhoud is, past Assetlife toe. Sinds een jaar worden twee avioducten gemonitord. “Schiphol loopt daarin vooruit op andere luchthavens in Europa”, weet Kristel. Toch doet Assetlife ook al elders oren spitsen: “München, Charles de Gaulle en Heathrow.” Of Heijmans in de toekomst de vleugels uitslaat? Een internationale pilot moet uitwijzen of voldoende Europese luchthavens interesse in digitale monitoring hebben. Een interessante markt: hun areaal telt zo’n vijfhonderd bruggen en tunnels die cruciaal zijn voor de operationele bedrijfsvoering.
Uiteraard ligt het in de verwachting dat ook asset owners als Rijkswaterstaat, ProRail, havenbedrijven en waterschappen belangstelling voor digitale monitoring zullen gaan ontwikkelen. “Met ProRail hebben we al een eerste goede ervaring rond het monitoren van een spoorbrug”, vertelt Bart. Welk woord hij met een gele marker fluorescerend zou willen maken? Implementatie. Nee, niet de montage van de kastjes op en aan kunstwerken. Hoe vernuftig de onderliggende techniek ook is: zij vormt niet de heilige graal. “Waar het om gaat, is de verandering in digitaal denken en bijkomende werkprocessen. Dat is de implementatie. In deze conservatieve sector is dat de grote uitdaging.”
Half procent
Maar links- of rechtsom: volgens Bart gaan digitale diensten een sterke opmars beleven. Dat past bij ‘verslimmen, verduurzamen, verbeteren’, de pijlers onder de strategie van Heijmans. Oogmerk van alle inspanningen: een gezonde leefomgeving creëren. “We zijn betrokken bij de ontwikkeling van onder meer Smart Mobility, Smart Energy Grids en Smart Facility Management. Dat alles draagt bij aan een zogenoemde smart city. Toch is dit nog maar het begin. Van alle beschikbare data op aarde wordt slechts een half procent benut. Er is nog een wereld te winnen.”