Menno van Leeuwen en Teun Schutte bouwen een systeem dat sneller relevante informatie in tenders kan vinden. Menno is als data sciencist verantwoordelijk voor de software, Teun is als projectleider infra assetmanagement de 'opdrachtgever'. “Data helpt een bouwbedrijf als Heijmans steeds beter, slimmer en duurzamer te werken.”
In het datalab van Commercie en Markt Ontwikkeling worden Menno en Teun omringd door zowel de hardware als de software die Heijmans-data zichtbaar maken. Van sensoren, schakelaars en snoeren tot gigantische interactieve schermen waarop het nieuwe systeem wordt bekeken en getest.
Menno (28) startte vier maanden geleden als trainee, na zijn bachelor kunstmatige intelligentie en master aan de Jheronimus Academy of Data Science. Teun (31) is met zijn tien jaar ervaring bij Heijmans bijna een oudgediende. Studies civiele techniek en later sociaal organisatorische wetenschappen geven hem onder andere het gereedschap om met techneuten, contractmanagement- en calculatie-collega’s "zo goed mogelijk in te spelen op de wens van de klant".
Impact
Dat Menno een van de eerste collega’s is bij de club Systems & Energy, ziet hij als een voordeel. “Hier sta je aan het begin van iets dat heel groot gaat worden. Als data scientist kun je aan de slag bij consultancy-bedrijven die voor andere partijen data analyseren, maar persoonlijk vind ik duurzaamheid erg belangrijk. Heijmans bouwt en onderhoudt veel én heeft de ambitie om een gezonde leefomgeving te maken. Daar kunnen data-inzichten enorm bij helpen. Bovendien beheert Heijmans objecten die zélf data genereren. Zo kun je heel concreet veel impact hebben.”
Teun sluit zich daar bij aan: “Voordat ik bij assetmanagement begon, had ik bij Wegbouwkunde al veel te maken met data, uit veel verschillende digitale systemen die collega’s met een Geografisch Informatie Systeem (GIS) inzichtelijk maakten. Het mooie is dat je bij een bouwbedrijf meteen iets met die data kan doen om de business efficiënter te maken. Je hebt hierop direct invloed.”
Nieuwe kansen
Een van de projecten waar Teun en Menno aan werken, is een systeem dat het doorzoeken van tenderdocumenten efficiënter maakt. Teun legt uit: “Als iemand al die pagina’s handmatig moet doornemen en indexeren, plus relevante elementen moet labelen, kost dat allereerst enorm veel uren. Nu zijn de ervaren collega’s vaak wel bekend met structuur waarmee de opdrachtgever informatie opslaat, en daarmee navigeren ze naar de juiste documenten."
"Alleen laat je dan misschien documenten links liggen waar toch interessante zaken in staan die nieuwe kansen bieden. Door een softwaresysteem dat relevantie informatie boven water kan halen, pak je wél alle documenten beet. Hierdoor hebben we meer inzicht in kansen en risico’s en kunnen we een betere aanbieding doen aan onze opdrachtgever.”
“Je kunt steeds meer dwarsverbindingen gaan zien, zeker als je allerlei data over elkaar heen legt, je eigen data en die van andere partijen als het KNMI of het Kadaster", vult Menno aan. "Aan mij de taak om deze lagen toegankelijk en visueel aantrekkelijk, bijvoorbeeld op een kaart, weer te geven zodat iedereen dit kan gebruiken. Data is geen doel op zich, ik ben er om iets te maken waar heel Heijmans iets aan heeft.”
Testen en doorontwikkelen
Het contact met de eindgebruiker is voor Menno erg belangrijk. Teun is zijn eerste tester en voorziet hem af en toe van onverwachte vragen en ongezouten kritiek. Menno: “Niet erg, dat heb ik juist hard nodig om door te kunnen ontwikkelen, om nieuwe inzichten te krijgen. Dit is software en geen hardware, ik kan gemakkelijk de fundering een meter verleggen zonder dat het huis instort zeg maar.”
Teun: “Soms is het wel lastig om onder Menno’s 'motorkap' te kijken, maar ik begrijp hem steeds beter. Als je alleen maar op het einddoel focust van elkaars werk, kom je er niet. Door te luisteren naar elkaar, te weten waar de ander tegenaan loopt, ontstaat begrip en respect.”
Teun kan het project goed afbakenen: waarmee wordt gestart en wanneer is het klaar. "Ik houd continu voor ogen waar mijn collega’s en ik iets aan hebben, waar de meerwaarde van dit systeem zit. Anders kun je eindeloos doorgaan met bouwen.”
De nieuwe Matrix?
Heijmans beweert de nieuwe Matrix te bouwen, hoe ziet die er dan uit? Menno: “Niet meer dan een digitale weerspiegeling van de situatie buiten. Met alles wat je hebt gebouwd of onderhoudt, wil je contact hebben. Even bellen om te vragen: hoe voel je je? Het ideaalbeeld is dat je van alles weet hoe het is ontworpen, welke grondstoffen erin zijn verwerkt, wat de levensduur daarvan is en hoe de conditie is.”
Waarom Heijmans steeds meer talenten als Menno nodig heeft? Teun: “Omdat de bouw meer en meer naar assetmanagement toegroeit. Nederland staat wel zo’n beetje, het gaat er nu om wat heb je en hoe houd je dat zo goed en efficiënt mogelijk in stand.” Menno voegt toe dat hij het ziet als de verantwoordelijkheid van een groot bouwbedrijf: “Benut je schaalvoordelen, zet een stap vooruit door data-analisten binnen te halen om je processen te optimaliseren. Je wilt immers niet alleen maar bouwen, maar een gezonde leefomgeving maken!”
Concreet bijdragen
Menno hoeft niet lang na te denken waarom meer van zijn studiegenoten bij Heijmans zouden kunnen werken: “Hier draag je concreet bij aan een duurzame toekomst. In plaats van bij een consultancybureau rapporten opleveren, boek je hier meteen resultaat – ook al is dit een grote organisatie en soms tijdrovend. Pas iets aan in het proces van asfalteren en je bespaart meteen CO2.”
Teun beaamt: “Dat is het leuke aan dit werk: dat je die ongrijpbare data tastbaar maakt, laat zien wat het biedt en wat het oplevert in de fysieke wereld, als je het slim analyseert en gebruikt. Je kunt het effect zo goed aantonen!”
Menno besluit met een citaat dat hij ooit hoorde en dat zijn drijfveer om bij Heijmans te werken goed omschrijft: “De slimste mensen worden betaald om ons zoveel mogelijk op de ‘bestel’-knop te laten klikken. Google, Facebook en Amazon groeien, terwijl organisaties die de echte problemen willen oplossen, zoals CO2-uitstoot en stijging van de zeespiegel, schreeuwen om knappe koppen. Dus data-experts vraag ik: waar zie jij je maatschappelijke bijdrage?”
