Skip to content
Heijmans_DUB 30 Van drukpershal naar lab_7.jpg
Hoe staat het met… DUB 30, Maastricht

Van drukpershal naar R&D lab

28 januari 2022

Binnen een jaar tijd transformeerde Heijmans een voormalige drukpershal van dagblad De Limburger naar een prachtige labomgeving voor Maastricht University. Waar voorheen het nieuws werd gedrukt, onderzoeken studenten en wetenschappers nu nieuwe technologieën.

DUB 30, zoals het gebouw aan Duboisdomein 30 in Maastricht ook wordt genoemd, ligt naast congrescentrum MECC en werd al zo’n tien jaar gehuurd door de universiteit. “Het was voor ons een logische keuze om dit gebouw te kopen en te transformeren naar een R&D-lab voor onze nieuwe bètafaculteit Science and Engineering”, vertelt Ronald Wilmes, hoofd vastgoed bij Universiteit Maastricht. “De aanpalende transporthal hebben we voor deze faculteit recentelijk aangepast voor de ontwikkeling van de ETpathfinder. Hiermee worden 'laserinterfero'-technologieën ontwikkeld en getest om zwaartekrachtsgolven te meten als voorbereiding op de bouw van een Europese zwaartekrachtsgolfdetector: de Einstein Telescope.”

Heijmans-DUB 30 Van drukpershal naar lab-4.jpg
Van links naar rechts: John Kreugel van Heijmans, Ronald Wilmes van de Universiteit Maastricht en Timo Beugels van Heijmans bekijken oude foto’s van de drukpershal.

Ronald: “Vanwege de groei van de nieuwe faculteit was het noodzakelijk dat er bij de start van het nieuwe studiejaar, in september 2021, nieuwe laboratoria beschikbaar waren. We zochten een integrale partner die zowel het ontwerp, de engineering, de specifieke installatietechniek van laboratoria, de bouwtechniek én de inrichting van de openbare ruimte op zich kon nemen. Vanwege de ervaring met integrale projecten hebben we Heijmans gevraagd om dit project voor de universiteit te realiseren.”

Licht in de doos

“Het was wel even schakelen toen dit verzoek binnenkwam”, herinnert John Kreugel, manager projecten bij Heijmans, zich nog goed. “Hebben we een team met de juiste kennis beschikbaar? Lukt het ons om ruim drieduizend vierkante meter binnen een jaar te herontwikkelen? Er waren nogal wat risico’s, zoals levertijden en beschikbaarheid van personeel. Na kort intern beraad werd besloten: we gaan de uitdaging aan. Vanaf dat moment hebben we ons direct op het proces en de inhoud gestort.

Eén van de uitdagingen was namelijk: hoe krijgen we daglicht in deze dichte doos? Daar hebben we samen met de architect in het bouwteam goed over nagedacht door de blinde gevel aan de noordzijde te vervangen door een glazen gevel. Verder hebben we centraal in het gebouw een atrium gemaakt met een groot glazen dak. Door de constructie inpandig te wijzigen en het dak aan te passen, konden we ook een extra verdieping maken om zo meer studie- en werkruimtes te creëren. De laboratoria liggen nu op de verschillende verdiepingen rond het atrium en zijn allemaal voorzien van natuurlijk daglicht.”

Out of the box

“Als eerste zijn we ruimte gaan maken in het gebouw door de bestaande verdiepingsvloeren en een groot deel van de constructie te slopen”, vertelt projectmanager Timo Beugels van Heijmans. “Maar door vloeren te verwijderen, verlies je stabiliteit. Dus moesten we het gebouw tijdelijk ondersteunen. Dat ging echter niet van binnenuit, want daar hadden we de ruimte niet voor. We kwamen tijdens de voorbereidingen op het idee om het gebouw aan de buitenzijde te stutten met een stalen (schoor)constructie. Er was natuurlijk geen tijd om zo’n enorme constructie ergens te bestellen, dus die maakten we op locatie van hergebruikt constructiestaal. Door deze oplossing konden we binnen in het gebouw doorwerken. Als iets onder grote tijdsdruk staat, word je als team inventief. Dan ga je letterlijk en figuurlijk out of the box denken.”

Integrale aanpak

Een project met een dergelijke omvang en tijdsdruk is alleen uitvoerbaar door het integraal aan te pakken. “Van de bomen buiten tot de luchtbehandeling binnen, we vlogen het integraal aan vanuit Heijmans”, zegt John. De sleutel tot het succes was volgens Timo het ontwerpen vanuit een BIM-model. “Daar hebben we vanaf het begin ongelooflijk veel profijt van gehad qua tijd en inzicht. Alle disciplines werkten in hetzelfde model, van architect tot onze engineers. De gevolgen van aanpassingen in het ontwerp waren voor iedereen live te zien. Zo konden we, mede door de gevolgen van de pandemie, digitaal en op afstand goed met elkaar overleggen.”

De luchtbehandeling was volgens Timo een ware 3D-puzzel. Hoe krijg je al die lucht aan- en afgevoerd in een laboratorium waar tientallen onderzoekers tegelijk aan het werk zijn? “Het labyrint aan afvoerkanalen en leidingwerk speelde een hoofdrol in het BIM-model. Omdat vrijwel alle techniek uit het zicht is ontworpen, heeft dat impact op de bouwtechniek en op grootte van de installaties. Alle engineers en monteurs die ik heb gesproken hebben gesmuld van de manier waarop de installatietechniek is aangelegd en weggewerkt. Dat is gewoon heel goed uitgevoerd en daar is iedereen super trots op.”

Heijmans_DUB 30 Van drukpershal naar lab-15.jpg

Hoofdrol

John heeft aan veel complexe projecten gewerkt, maar nog niet eerder had hij een decaan in z’n bouwteam. “Echt bijzonder om mee te maken. Iemand die verantwoordelijk is voor het bestuur en beheer van de faculteit, was nauw betrokken bij vrijwel alle beslissingen. Dat was ook de enige manier om door te kunnen pakken. Zijn kennis en kunde van laboratoria hebben we gecombineerd met onze technische specialisten.

Door uitdagingen open en transparant op tafel te leggen, ontstaan er oplossingen die kwaliteit toevoegen. Het gevoel van een gezamenlijke verantwoordelijkheid hebben wij vanuit Heijmans als zeer prettig ervaren. Het laat zien dat je in hele korte termijn en binnen het beschikbare budget een kwalitatief hoogstaand project kunt maken.”

Heijmans_DUB 30 Van drukpershal naar lab-1.jpg

Wit en grijs

Het gebouw oogt van binnen strak, wit en clean. Een echte lab-omgeving. De mannen zijn trots op het resultaat. Of we dit soort projecten niet vaker in zo’n sneltreinvaart moeten aanpakken? Ronald: “Idealiter zou ik zeggen ja, maar dit zijn echt heel intensieve trajecten. Iedereen gaat tot het gaatje. Het is een mooie ervaring geweest, maar ondoenlijk om dit bij ieder project zo aan te pakken. We nemen zeker ervaringen mee in volgende projecten van de Universiteit Maastricht, want processen kunnen altijd efficiënter.”