De maatregelen van Heijmans om de eigen CO2-uitstoot te verminderen werpen hun vruchten af. In 2018 is de relatieve CO2-uitstoot, gerelateerd aan de omzet, met 8 procent gedaald.
In absolute getallen is de uitstoot met 4% gestegen, maar dat is altijd nog een stuk minder dan het zou zijn als er geen maatregelen waren getroffen. De stijging in absolute CO2 is het gevolg van de toegenomen uitvoerende activiteiten in 2018. De stijging zit dan ook vooral bij het brandstofverbruik op de projecten en de hogere asfalt productie bij de asfaltcentrales. De uitstoot bedroeg vorig jaar 57.445 ton, terwijl dat in 2017 nog 55.360 ton was. Dit alles blijkt uit de rapportage die Heijmans ieder jaar uitbrengt in het kader van de CO2 prestatieladder.
Wijze van meten en rapporteren
Om de CO2-uitstoot te meten en rapporteren maakt Heijmans gebruik van scopes.
- Scope 1 betreft de uitstoot veroorzaakt door brandstoffen die Heijmans zelf inkoopt en verbruikt (voornamelijk gas, diesel en benzine)
- Scope 2 omvat CO2-uitstoot als gevolg van elektriciteitsverbruik op projecten (CO2-uitstoot energieproductie/centrales) en zakelijk gebruik privéauto’s en vliegverkeer
- In scope 3 wordt CO2-uitstoot van woon-werkverkeer en openbaar vervoer berekend, binnen de footprint van Heijmans.
Bij het bepalen van de uitstoot in 2018 is met name gekeken naar activiteiten die vallen binnen scope 1 (en in mindere mate) scope 2. Deze activiteiten voorzaken de meeste uitstoot en zijn met maatregelen verder bij te sturen.
Scope 1: Brandstoffen
Het grootste deel van de uitstoot binnen Heijmans wordt veroorzaakt door leaseauto’s. Daarnaast is een groot deel van de uitstoot het gevolg van de activiteiten van Infra. De toename van 4 procent (ten opzichte van vorig jaar) is hoofdzakelijk het gevolg van een hogere productiviteit en daarmee brandstofverbruik bij ‘brandstof projecten’ en ‘asfaltcentrales’. Dat laatste loopt parallel aan de hogere asfaltproductie in deze periode.
Scope 2: Elektriciteit en zakelijke kilometers
De CO2-uitstoot als gevolg van elektriciteitsverbruik en zakelijk verreden kilometers vormt nog maar 0,5 procent van de totale CO2-emissie. De geringe bijdrage van het elektriciteitsverbruik wordt veroorzaakt door het gebruik van Nederlandse groene stroom. Hiervoor geldt een conversiefactor van nul. De uitstoot binnen scope 2 is in 2018 vooral bij het zakelijk verkeer afgenomen ten opzichte van 2017. Daar staat tegenover dat het vliegverkeer sterk is toegenomen.
Scope 3: Woonwerkverkeer en openbaar vervoer
De CO2-uitstoot in scope 3 levert een geringe bijdrage aan de totale footprint (6 procent). Deze is licht toegenomen in vergelijking met 2017. Opvallend is hier dat er meer gebruik is gemaakt van openbaar vervoer.
Doelstelling 2016-2020
Heijmans heeft de ambitie om de CO2-emissie, gerelateerd aan de omzet, in vier jaar minimaal 10 procent te laten afnemen en hanteert 2016 als referentiejaar voor zowel emissie als omzet.
Meer aandacht voor reductiemaatregelen
De CO2 prestatieladder vraagt steeds meer aandacht voor de CO2-uitstoot in de keten (van productie tot en met realisatie door Heijmans). Daarbij is het belangrijk dat Heijmans samen met ketenpartners onderzoekt hoe CO2-uitstoot in de keten kan worden verlaagd. Om meer inzicht te krijgen in de uitstoot voert Heijmans ketenanalyses uit in samenwerking met belangrijke ketenpartners (die veel CO2-uitstoot veroorzaken). In april 2017 is overleg geweest met ketenpartners die actief zijn in grondverzet. Gezamenlijk wordt aan een CO2-reductie strategie gewerkt.
Scope 3 Ketenanalyse
Gelet op het certificaat heeft Heijmans twee ketenanalyses uitgevoerd (volgens handboek 3.0) eind 2016 en begin 2017, te weten; “Reductie CO2 in de asfaltketen” en “Uitvoeren van CO2 reductieplannen met betonmortel”.
Reductie CO2 in de asfaltketen
In de afgelopen jaren zijn bij het project VOC Noord Brabant asfalttransporten onder de loep genomen en geanalyseerd. Door een goede afstemming tussen frezen, transport, asfalteren en asfaltproductie is op dit project een reductie van 5 procent behaald op de CO2-uitstoot. De analyse heeft overigens ook aangetoond dat deze reductie bij kleinere projecten niet haalbaar is, omdat transportvolumes te klein zijn. Desalniettemin blijft Heijmans op volle retourvrachten sturen binnen het asfalttransport (asfalt aanvoeren en freesmateriaal afvoeren). Daarnaast verbeteren wij de afstemming tussen productie, transport en verwerking. Door dit proces beter op elkaar af te stemmen worden wachttijden op de projecten en productie overschotten voorkomen. In de 2e helft van 2018 is een stagiaire gestart om dit proces in te voeren.
Uitvoeren van CO2 reductieplannen met betonmortel
Bij de toepassing van de juiste betonmengsels is een CO2-reductie te behalen. Doordat de afstemming tussen bestelling van betonmortel, de betonproductie en verwerking niet goed is ingeregeld ontstaat er verspilling en worden niet altijd de optimale mengsels toegepast in de projecten. Om dit proces beter op elkaar af te stemmen kan de kwaliteit van de projecten worden vergroot en de CO2-uitstoot verder verlaagd. Voorwaarde hierbij is dat vooraf goede afspraken worden gemaakt over productie en leveranties. Tevens moet de toepassing van de verschillende mengsels nauwkeuriger worden opgevolgd. Daarvoor is de procedure “Inkopen beton op prestatie” ontwikkeld en voor een deel al toegepast op de nieuwe projecten. In de 1ehelft van 2018 is de handleiding officieel vastgesteld en geborgd in het inkoopproces.
Projecten
In 2018 had Heijmans 22 projecten in uitvoering, met gunningvoordeel door de CO2 prestatieladder. Verreweg de meeste projecten hebben betrekking op onderhoud van infrastructuur. Binnen de 22 projecten is in 2018 circa 10373 ton CO2 uitgestoten. Dit komt overeen met ruim 18 procent van de totale uitstoot (57.445 ton).
Vooruitblik
Voor de periode 2017 – 2020 is een energiemanagementplan opgesteld, waarin de nieuwe reductiedoelstelling (10 procent CO2-reductie gerelateerd aan de omzet ten opzichte van 2016) met bijbehorende maatregelen is opgenomen. Met de beoogde maatregelen wil Heijmans 6 procent CO2-reductie halen bij de leaseauto’s, 2 procent op projecten en 2 procent bij productie en verwerking van asfalt in die periode (2017-2020).
Begin 2019 kunnen we constateren dat wij de reductiedoelstelling ruim hebben behaald, echter de absolute hoeveelheid CO2 is niet afgenomen. Ook de komende jaren moeten actief op zoek gaan naar mogelijkheden om de CO2 uitstoot verder te reduceren.
In 2019 wordt een nieuw EMP opgesteld voor de periode 2019 – 2023, waarmee we invulling gaan geven aan de nieuwe strategie. Ten aanzien van energie is in dit kader hebben wij ons ten doel gesteld om in 2023 CO2neutraal te zijn.
Intussen zijn een aantal werkgroepen gestart, die de duurzaamheidsstrategie uitwerken voor de komende jaren om tot verdere CO2 reductie te komen en tot een circulaire werkwijze. Via de roadshows betrekken we de medewerkers bij de doelstellingen en bieden we ruimte voor goede ideeën en eigen initiatieven.
Daarnaast blijft samenwerking in de keten belangrijk voor het behalen van CO2-reductie in de sector. Samen met ketenpartners, zowel opdrachtgevers als leveranciers, vergroten wij het inzicht en ontwikkelen we innovatieve producten.