De productie en verwerking van asfalt zorgt voor aardig wat CO2-uitstoot. Stefan de Munck is aanjager van duurzamer asfalt, binnen Heijmans én in de wegenbouwbranche. ‘Als bouwsector hebben we de verantwoordelijkheid om duurzaamheid te omarmen en positieve veranderingen teweeg te brengen.’
Voor een gesprek over de verduurzaming van asfaltwegen is Stefan de Munck de juiste persoon. Hij is bij Heijmans zowel directeur van de regio Noordwest, als van Heijmans Infra Asfalttechniek. Daarnaast is hij voorzitter van de Vakgroep Bitumineuze Werken (VBW) binnen Bouwend Nederland, de brancheorganisatie waarvan Heijmans ook lid is. ‘Binnen deze vakgroep zijn bijna alle wegenbouwers aangesloten die asfalt produceren en verwerken’, aldus Stefan.
Grote speler
Nederland heeft een van de dichtst vertakte wegennetten ter wereld, met zo’n 140.000 kilometer verharde weg en 40.000 kilometer fietspad. Naast Rijks- en provinciale wegen wordt asfalt ook toegepast in dijkconstructies, bedrijven- en parkeerterreinen. Al met al wordt er in ons land naar schatting 6 miljoen ton asfalt geproduceerd en verwerkt. Heijmans is een serieuze speler in de asfaltbranche. Van de bouw van nieuwe wegen tot wegverbredingen en beheer en onderhoud.
Gasverbruik van 45.000 huishoudens bespaard
Asfalt is goed bestand tegen de elementen, zorgt voor een vlak rijoppervlak en zestig tot zeventig procent wordt hergebruikt. Tegelijkertijd zorgt de productie en verwerking ervan voor een significante uitstoot van CO2. Stefan: ‘De grondstof voor asfalt komt voor tachtig procent uit bergachtige gebieden in met name Noorwegen en Duitsland. Het winnen van deze grondstoffen en het transport zorgt voor CO2-uitstoot. Daarnaast is er gemiddeld negen kuub gas nodig voor het opwerken van deze grondstoffen tot één ton asfalt. Ter verduidelijking: dat is een halve kubieke meter asfaltweg. Een gemiddeld huishouden in Nederland verbruikt 1.200 kuub gas per jaar. Bij de productie van zes miljoen ton asfalt heb je het dus over een hoeveelheid gas van 45.000 huishoudens op jaarbasis.’
Van 160 naar 110 graden Celsius
Heijmans wil zo duurzaam mogelijk werken. En het verduurzamen van de productie en verwerking van asfalt vormt daarin een belangrijke stap. ‘Daarom zijn we al langere tijd bezig met het uitfaseren van de zogenoemde hotmix: asfalt met een verwerkingstemperatuur van 160 graden Celsius. Wij zochten naar een eindproduct waarvoor de verwerkingstemperatuur tussen de 100 en de 140 graden ligt. Afhankelijk van de omstandigheden kunnen we zo’n 110 graden realiseren. Dat levert twintig tot dertig procent minder CO2-uitstoot op.’
Innovatief proces
Binnen Heijmans is hiervoor een aantal jaren geleden een innovatief productieproces ontwikkeld – warmmix – waarbij het bitumen (dat is het plakmiddel in asfalt dat het eindproduct ook zwart maakt) opschuimt. Daardoor neemt dit toe in volume en ontstaat er meer contactoppervlak bij een lagere verwerkingstemperatuur. De kwaliteit blijft vervolgens even hoog. Stefan: ‘Dit procedé gebruiken we voor steeds meer mengsels. We begonnen met de onderlaag van asfaltwegen en gebruiken het inmiddels ook voor de tussen- en deklaag. De grootste besparing behaal je bij de onderlaag, die gemiddeld tien centimeter dik is, tegen de vier centimeter dikke deklaag.’
Duurzamere toekomst
‘Voor medewerkers maakt het nieuwe verwerkingsproces weinig verschil’, zegt Stefan. ‘Wel vraagt de verwerking van het asfalt iets meer aandacht, met name rondom bijvoorbeeld rioolputdeksels. Dat komt doordat het mengsel iets stugger is. Voor onze opdrachtgevers betekent het dat de productie van asfalt een stuk energiezuiniger en dus met minder uitstoot van CO2 kan. Qua kosten maakt het relatief weinig verschil: we gebruiken minder gas, maar moeten ook extra ingrediënten toevoegen om dezelfde kwaliteit te bereiken.’
Vanuit Bouwend Nederland en de vakgroep is besloten om per 1 januari 2025 hotmix uit te faseren en alleen warmmix te gebruiken. Deze stap is ook door Rijkswaterstaat omarmd. ‘Samen met Bouwend Nederland en VBW bewandelen we nu een transitiepad zodat opdrachtgevers dit ook gaan uitvragen’, zegt Stefan. ‘Als bouwsector hebben we de verantwoordelijkheid om duurzaamheid te omarmen en positieve veranderingen teweeg te brengen. Door te investeren in innovatieve alternatieven kunnen we onze impact op het milieu verminderen en een duurzamere toekomst creëren.’
Langere levensduur
Heijmans gaat nog veel verder op het gebied van het verduurzamen van asfalt. Stefan: ‘We onderzoeken bijvoorbeeld of we ook goed asfalt kunnen produceren bij nóg lagere temperaturen dan warmmix. Daarnaast kijken we naar een kleiner palet aan mengsels. We hebben nu een palet van zo’n vierhonderd asfaltmengsels. Het schakelen tussen mengsels in de productiecentrale kost extra energie. Bovendien is het duurzamer als we met minder mengsels kunnen werken, waarbij we natuurlijk oog hebben voor mengsels met een langere levensduur. De levensduur van asfalt verlengen kan ook via innovaties als asfaltcrème, dat fungeert als een soort verjongingskuur voor de bovenlaag. Het ultieme doel is natuurlijk het produceren van asfalt zonder CO2-uitstoot. Bijvoorbeeld via groene waterstof in duurzame asfaltcentrales. Maar dat is meer voor de langere termijn.’