Bestaande natuurgebieden
Waarom kiest een ecoloog als Jan Willem voor de bouw? “Omdat er enorm veel winst is te behalen. “De sector heeft, net als de landbouw, in de vorige eeuw schade aan de natuur toegebracht. Natuurbehoud speelde toen nauwelijks een rol. Dat is nu anders.” Opvallend is dat die winst niet te behalen is in bestaande natuurgebieden, maar op plekken waar natuurbehoud nooit een rol speelde. “Waar in het verleden veel mis ging, kun je nu het meeste verbeteren.”

Heijmans is een van de weinige bouwbedrijven met ecologen in vaste dienst. Alleen door samenwerking tussen bouwers en ecologen is meerwaarde te behalen, vindt Jan Willem. “Technische collega’s zien steeds dezelfde gezichten. Dankzij dat persoonlijke contact verdwijnen vooroordelen.
Een willekeurige bouwer ziet een ecoloog vaak als meester Prikkebeen, die in het veld achter lieveheersbeestjes aankruipt. En de gemiddelde ecoloog ziet een bouwer als een onhandige sloper, die zich niet of nauwelijks bekommert om de natuur.”

Harold Appelo #2
Vergroot biodiversiteit bermenBinnen Heijmans zien de ecologen die grenzen vervagen. “Op den duur waarderen ze elkaars kennis”, lacht Jan Willem. “Onze ecologen laten regelmatig hun gezicht op de bouwplaats zien. Samenwerken en kennisdelen levert nieuwe inzichten op, over hoe we de natuur kunnen verbeteren, zonder dat de uitvoerders daar last van hebben.”


Vleermuizen
Toch reageren bouwers vaak sceptisch op de plannen van ecologen. “Bij de A12 suggereerden we bijvoorbeeld dat we met de hand hagedissen en slangen wilden vangen”, grinnikt Jan Willem. “Niemand nam ons serieus, maar we lagen letterlijk, met onze bouwhelmen op ons hoofd, in de berm om die beestjes te vangen. We kregen ruim duizend hagedissen te pakken. We hebben ze verplaatst naar een ander geschikt leefgebied, omdat ze anders letterlijk onder het asfalt van de extra rijstrook terecht zouden zijn gekomen. Pas nadat we in de keet een paar beestjes lieten zien, vond iedereen ons werk interessant en nuttig.”
“Bij de verbreding van een viaduct in de A12 pakten we eerst de buitenzijden aan, zodat daar het verkeer overheen kon rijden. Vervolgens deden we het middenstuk. Normaal breek je zo’n verbreding af, omdat hij niet nodig is. Nu doopten we deze twee extra stroken om tot groenzones, waarover dieren veilig het spoor passeren. Het scheelde sloop- en afvoerkosten en helpt de natuur.”
Ook oude rioolbuizen dragen bij aan de biodiversiteit. “Vleermuizen voelen zich thuis op donkere en vochtige plekken. Zoals een oude rioolbuis. We lieten de afgelopen jaren meerdere buizen liggen, omdat er vleermuizen in leefden.”

Renovatie Lefier Emmen
Wonen voor mens en musBouwen in het groen
De komende jaren moet de overheid het tekort aan woningen terugdringen. De vraag is waar die woningen moeten komen: in de steden of de weilanden? Weilanden opofferen is niet per se slecht voor de natuur, denkt Jan Willem. Hij ontleent aan deze enorme uitdaging nieuwe inzichten. “Veel landbouwgronden zijn zo dood als een pier. Vaak is de biodiversiteit in een binnenstad veel hoger. Akkers zijn echt monotone stukken land. Neem nou een maisveld. Er leeft maar één soort plant, lucht en grond zijn vervuild door bestrijdingsmiddelen en overbemesting. En er leven geen dieren.”

Informatiebord over natuurvriendelijke infrastructuur aan de Wijde Veldweg in Ede
Als bij de omvorming van deze akkers tot woongebieden vanaf de eerste planfase veel aandacht is voor natuur, kan deze er volgens Jan Willem beter van worden. "Met natuurinclusief ontwerpen creëer je naast de broodnodige woonruimte, in combinatie met parken, groenstroken, water en tuinen, een veel grotere biodiversiteit. Een fijn woonmilieu kan zo gecombineerd worden met een ‘natuurlijk ecosysteem’."